Voor BIM-communicatie met Revit is het van belang dat meta-data gegevens goed worden ingevuld en gecomuniceerd. Onderstaande stappen en hulpmiddelen beschrijven de controle van uw eigen model voor een zo correct mogelijke export naar IFC.
Data op een consistente manier koppelen en controleren met uw 3D-model is van essentieel belang. ASD voor Revit biedt een aantal handige hulpmiddelen waarmee u beter grip krijgt op het goed invullen van belangrijke eigenschappen.
- Koppel alle belangrijke standaarden aan Revit: de parameter Assembly Code voor NL-SfB code, Shared parameters van NLRS 3.0.1 en diverse Export bestanden (lees hier meer).
- Gebruik het laatste ASD-Projectsjabloon - Wij zijn voortdurend aan het ontwikkelen. Het laatste projectsjabloon is doorgaans uitgebreider op diverse vlakken. Sommige zaken hierin zijn zo uitgebreid of vergen dusdanig veel nauwkeurig werk, dat dit niet te documenteren is. Hoe u uw Buro onderhoek samenvoegt met het ASD-Projectsjabloon leest u hier. Gebruik nulpuntverklikker family voor het markeren van het project nulpunt. Lees hier verder over nulpunt en markering.
- Gebruik de BouwConnect Bibliotheek (BCB) - Families vanuit de BCB worden aangemaakt volgens de Nederlandse Revit standaard (NLRS 3.0.1) De familynamen zijn hierdoor automatisch correct. Maar wat nog veel belangrijker is, is dat er gebruik wordt gemaakt van de NLRS shared_parameters. Het gebruik van BCB spaart u heel veel typewerk uit, met de documentatie van NLRS bij de hand. U leest hier meer informatie over de NLRS.
- Zorg ervoor dat uw model geen Revit waarschuwingen meer bevat: Manage | Inquiry/ Warnings.
- Controleer of u geen gespiegelde element in het model heeft, voor bijvoorbeeld kozijnen, keukenopstellingen, fontein en wastafels. Het opzoeken van gespiegelde elementen kan eenvoudig met 'Selecteer Gespiegelde' (lees hier meer). 'ASD-invalshoek' heeft een paar goed bruikbare instellingen waarmee u uw model kunt controleren en klaarzetten voor IFC Export. Hieronder leest u meer.
- Gebruik ASD-invalshoek om visueel te controleren of aan alle model elementen een 4 cijferige NL-SfB code is gekoppeld, lees hier.
- Gebruik de functie 'NLRS Conversie' om snel familynamen te corrigeren en/of correcte NL-SfB codering aan te vullen (lees hier meer).
- NB: Sommige NL-SfB codes zijn niet automatische te corrigeren. Hiervoor is een controlefilter gemaakt. Hieronder leest u meer.
---
- Wanneer bovenstaande is gecontroleerd en gecorrigeerd kan er een IFC-export worden gemaakt van het model (lees hier meer)